Er was eens een wit kind in een vrijstaande villa

Gepubliceerd op 2 januari 2021 om 15:09

Het was herfst 2019 in Leopoldsburg en ik gaf les over wonen in mijn OKAN-klas. 
Ik volgde het handboek en we hadden het over de keuken, de badkamer, de slaapkamer, de zolder, de kelder, de tuin, ... Toen volgden de verschillende woonvormen: vrijstaande woning, rijwoning, flatgebouw en studio. 
Mijn lieve, ijverige leerlingen waren helemaal ondersteboven. 
Een leerling nam het woord: 'Wij niet in een huis. Nee ook niet dat. Wij wonen in ... ijzeren doos.'
Mijn hart brak en de tranen springen in mijn ogen terwijl ik dit schrijf. Met wat hulp van een online woordenboek en Google Images ontdekte ik dat ze allemaal in containers woonden op het modderige terrein van het Noodopvangcentrum Kwartier Moorslede. 
Geen privacy, amper daglicht, kleine stapelbedden en het toilet en de douches stonden een beetje verder ... ook in de modder.

Nog altijd het ideaal: een vrijstaand huis en een tuin. 

Wooneenheden van het Noodopvangcentrum Kwartier Moorslede in Leopoldsburg

Refter van het Noodopvangcentrum Kwartier Moorslede in Leopoldsburg

Op de foto links zie je de wooneenheden en rechts de tent waarin de bewoners drie maal per dag hun maaltijd nuttigen. 

 

Lien De Saegher onderzocht de weergave van ruimtelijke ordening in recente handboeken van allerlei vakken voor het lager onderwijs. 
De tabel hieronder geeft links een korte samenvatting van hoe wonen in Vlaanderen wordt voorgesteld in deze schoolboeken en rechts de reële situatie .

Schoolboeken lager onderwijs Realiteit
52 % vrijstaande huizen 28 % vrijstaande huizen
Wiskundevraagstukken over bouwgrond kopen en huizen bouwen Betonstop --> Huren of een oud huis of rijwoning opknappen
Het platteland is fantastisch, maar de stad is vervuild, gevaarijk en onaangenaam Veel inspanning om steden groener en aangenamer te maken
Mensen met een migratieachtergrond wonen in een stad en in een appartement Dit kan grotendeels kloppen, maar het is fout kinderen dit neerbuigende denkbeeld op te dringen als toekomstbeeld
De gegoede witte klasse woont op het platteland in een vrijstaande woning Idem

Nette huizen in een nette straat. 

 

 

Leven in de stad: ruzie en onveiligheid ten top. 

Wie in een appartement woont, is in gevaar. 

Kinderen krijgen van kleins af de indruk dat je in een vrijstaand huis op het platteland moet wonen om gelukkig te kunnen zijn. Om het nog erger te maken wordt dit ideaalbeeld alleen haalbaar geacht voor welgestelde, witte gezinnen.
Dit cliché wordt versterkt door de beelden in de boeken die ze op school verwerken.

 

Ik wil je niet overtuigen om dit artikel te lezen. Ik wil dat we dit probleem samen aanpakken!
Onderwijs zou deze stereotypen moeten bestrijden, niet bevestigen. Ons onderwijssysteem schiet tekort op dit vlak!

 

In schoolboeken wonen de witte kinderen in een vrijstaande villa
PDF – 1,4 MB 76 downloads

Torbeyns, A. (2020, 21 december). In schoolboeken wonen de witte kinderen in een vrijstaande villa. De Standaard. Geraadpleegd van https://www.standaard.be

 

Reactie plaatsen

Reacties

Eileen Wolfs
4 jaar geleden

Dag Conny,
Je kaart hier een belangrijk probleem aan. Het zou eigenlijk niet mogen dat er anno 2021 nog zulke stereotypen in het onderwijs bestaan. Jij hebt zelf kunnen ondervinden wat zulke stereotypen met leerlingen doen. Zij spiegelen zich hieraan en voelen zich bijgevolg minderwaardig hierdoor.
Jammer genoeg blijft het niet enkel bij ruimtelijke ordening maar gaan stereotypen veel verder zoals beroepen, speelgoed, gezinssamenstellingen enzovoort. Ik wil graag met jou de uitdaging aangaan om dit probleem aan te pakken. Binnen mijn vak PAV haal ik dit thema jaarlijks aan bij mijn derdejaars. Ik wil hun sensibiliseren dat stereotypen echt niet meer van deze tijd is en daarbij is er niets mis mee als papa thuis het huishouden doet en mama gaat werken. We leven in een diverse maatschappij die we moeten omarmen. Hokjes denken past hier absoluut niet meer in.

Groeten

Eileen

Conny Berghmans
4 jaar geleden

Beste Eileen,

Bedankt voor je reactie.
Ik ben blij dat jij er ook zo over denkt.

Ik moest bij dit artikel ook denken aan de woordenschatlessen over voedsel in die OKAN-klas. Zij kregen al hun maaltijden in hun 'refter' (lees: festivaltent die altijd te warm of te koud is) en moesten eten wat de pot schaft. Hun beeld van de Vlaamse keuken was niet al te flatterend.
Pannenkoeken bakken samen met 3 en 4 STW op de projectdag was een groot succes vergeleken met de grootkeuken van het opvangcentrum.

Collegiale groeten,
Conny